Pas ver na middernacht kwam Adwin Hoondert aan in het bivak van Tucuman. Zo slap als een vaatdoek meldde hij zich bij de medische dienst. De hele dag werd Hoondert geteisterd door maagkrampen en diarree, zo erg dat hij zelfs het stuur van de DAF moest overgeven aan monteur Jacco op ‘t Hof. “Dit was de slechtste dag van mijn leven.”
De vijfde etappe van de Dakar was toch al een heftige, met mul en daardoor zwaar zand en extreem hoge temperaturen. “Het was verschrikkelijk”, vertelde Hoondert vanochtend net voor vertrek naar de start van de zesde etappe. “Het begon al vrij snel met maagkrampen en meteen begon ook de diarree. Ik heb wel twintig keer naast de vrachtauto gezeten. Daar word je zo slap van, dat het niet meer verantwoord was om te rijden. Jacco heeft een heel stuk gereden en dat heeft hij goed gedaan. Ik zat er naast te roepen: ‘Niet te hard!’ Het was echt een zware etappe. Er zaten paadjes in het parkoers, waar we nauwelijks overheen konden. Het liep voor geen meter.”
De hitte – de thermometer tikte gisteren de 50 graden Celsius aan – was nog het grootste probleem. “We hebben een heleboel motorrijders water gegeven, maar dat kon ook niet oneindig natuurlijk. Het was echt vreselijk voor die jongens. We hebben er zo veel op apegapen naast hun motor zien liggen, roepend om aqua.”
Hoondert en zijn mannen wisten uiteindelijk diep in de nacht het bivak te bereiken, als 41ste truck. Dankzij pillen tegen de maagkrampen en diarree, maar nog een beetje duf van het slaaptabletje dat hij kreeg, kon Hoondert vanochtend toch weer beginnen aan de zesde etappe. “Gelukkig niet zo’n hele lange, maar dat zegt niet alles over de zwaarte”, wist hij. “We moeten deze dag zien door te komen en dan kunnen we genieten van de rustdag. Dat zal wel even nodig zijn.”
Bron: Hoondert Rally Team
Voeg reactie toe